Abke Haring speelt Hamlet: “Ik praat over toneelspelen graag een beetje vaag”.
Hamlet, de puberale koningszoon, is voor menig mannelijk acteur een hoogtepunt in zijn carrière. Of dat ook voor vrouwen geldt, kan actrice en theatermaakster Abke Haring pas na de première vertellen. Tom Lanoye herschreef Shakespeare’s werk met Abke Haring als Hamlet in gedachten. Zij gaat die mannenrol spelen. Gewoon, omdat het theater is.
De van oorsprong Nederlandse Abke Haring (1978) – ze woont en werkt al zeventien jaar in Antwerpen – lijkt met haar korte haar, tanige lijf, eenvoudige zwarte kleren en vurig enthousiasme jonger dan ze is. Haar woorden, met soms een Vlaamse uitdrukking ertussen, weegt ze zorgvuldig want de repetities zijn nog in volle gang. Wel kan ze zeggen dat de titel van Tom Lanoye’s bewerking ‘Hamlet versus Hamlet’ niet betekent dat er twee Hamlets in het stuk zitten. Haring: “Nee, ik speel Hamlet, de enige. Ik denk dat het stuk gaat over een strijd in jezelf. Niet weten wie je precies bent. Dat kennen we allemaal wel uit onze tijd als adolescent. Hamlet heeft geen gespleten persoonlijkheid of zo. Het is meer de innerlijke strijd: ‘ik moet iets doen’, maar hij doet niets. En in onze versie nog minder dan ooit. Maar eigenlijk moet Tom Lanoye de titel uitleggen, vind je niet, hij heeft hem bedacht.”
De kern van haar eigen Hamlet is dat hij vastzit tussen alle gedachten, emoties, hormonen, dingen, meningen, beelden, werelden om hem heen. Hij kan niet achteruit, niet vooruit en niet naar de zijkant. Iets wat Haring wel herkent. “Dat je van alles voelt en niet weet hoe je ermee om moet gaan. Daarvoor de tools willen vinden. Herkent niet iedereen dat? Als je zo zoekende bent, doe je soms dingen ook te snel, te rigoureus. Een tattoo zetten waarvan je je tien jaar later afvraagt waarom je het gedaan hebt. Onmacht. En ergens bij willen horen. Hamlet wil bij de groep horen waar niemand bij hoort. Hij is echt een ‘alto’ – bestaat dat woord nog? Toen ik zo oud was, waren ‘alto’s’ op zoek naar een soort zuiverheid. Hamlet vindt zichzelf zuiver. Maar eigenlijk weet hij het allemaal niet. Er is vrij weinig zuiverheid in onze wereld. Alles gaat over de buitenkant, over uiterlijkheden en beroemd willen zijn. Je ziet het ook in voedsel: een hamburger kost maar tachtig cent en een goed stuk brood met kaas is dan weer onbetaalbaar. Dat is voor mij ook zuiverheid.”
Het praten over een rol die nog in ontwikkeling is, maakt Haring wat ongemakkelijk. “Ik ben altijd erg geneigd om me af te schermen, word graag met rust gelaten op dat podium. Een personage is zoals een zaadje, dat moet je met rust laten en dan komt er wat uit. Zo werkt dat voor mij. Analyses, daar heb ik eigenlijk niet veel aan. Guy (Cassiers, de regisseur – red.) weet ook precies wat hij wel en niet tegen mij kan zeggen – we kennen elkaar inmiddels heel goed. Ik vraag aan hem altijd een paar woordjes, zoals padvinders de weg vinden in een bos: ‘als ge nu dit pad eens neemt’. Ik praat over toneelspelen graag een beetje vaag. Dat moet allemaal nog ontstaan.”
Dat ze een jongen speelt, is voor haar totaal geen issue. “Hamlet is een jongen, dus ik speel een jongen. We hebben het daar eigenlijk nooit over. Het is toneel, we doen maar alsof. En ik denk dat het publiek al snel vergeet dat ik een meisje ben. Theater is verbeelding. Ik hoef niet mijn borsten in te binden of mijn stem te verlagen. Hamlet is een jongen, klaar. Je kunt alleen maar vanuit jezelf vertrekken op het podium, of je nu acteert of regisseert. Ik speel geen jongen van zo of zo oud, het enige wat daar staat is mijn stem, mijn lijf, mijn wezen. Ik haal het uit mijzelf. Kunst is toch ook iets abstracts.”
Abstract is Harings autonome werk als theatermaker ook. Haar voorstellingen zijn vaak als een lang gedicht, ingekleurd met theatrale vormgeving en acteurs. Hierin is ze net als Hamlet op zoek naar zuiverheid. “Hoe kun je mensen iets bieden zonder dat het meteen in het hoofd begrepen hoeft te worden? Ik ben bezig met een zoektocht naar abstractie en eerlijkheid.”
Op de vraag wat ze liever doet, acteren of regisseren, reageert Haring vol enthousiaste overgave. “Ik doe alles graag. Spelen, maken, bedenken, kijken, schrijven. Theater vind ik zo mooi. Het is best bijzonder dat het nog bestaat in deze commerciële wereld. Want toneel is toch voor een groot deel ongelooflijk zuiver, omdat het in het moment plaatsvindt. Niets wordt gesjoemeld, ge ziet alles wat er gebeurt. Dat is toch waanzinnig. Wij maken ons kunstwerk elke avond opnieuw. Alleen het publiek ziet het. Hamlet zoekt zuiverheid. Maar theater heeft ook een zuiverheid van zichzelf.”
In zijn zoektocht naar zuiverheid laveert Hamlet tussen idealisme en machteloosheid. Welke van die twee overwint? Haring lacht: “Weet ik nog niet. Zo ver is het nog niet. Wat ik weet is dat we de komende dagen nog gaan repeteren en dat het hele zware en mooie repetities gaan worden. Dan gaan er dingen duidelijk worden. Dingen worden duidelijk als ze duidelijk moeten worden. Anders mogen ze in het duister blijven. Lekker vaag he? Het is hoe dan ook een hele mooie tekst. Heel ritmisch, in jamben geschreven. Maar ook dat ritme verliest Hamlet op een gegeven moment en dan begint hij gewoon te praten, woorden stromen. Tom Lanoye kent mij goed dus hij weet: dit zeg ik graag. We hebben beiden een grote liefde voor het woord. En dat iemand zoiets voor jou schrijft, dat is natuurlijk een liefdesverklaring. Mooi man. Ongelooflijk hoe gelukkig ik ben eigenlijk.”
Toneelgroep Amsterdam en het Toneelhuis spelen ‘Hamlet vs Hamlet’ vanaf 19 maart in Nederland en Vlaanderen. www.tga.nl / www.toneelhuis.be